06.mei.2019

De arbeidsovereenkomst en pensioen: kan een werknemer afstand doen van pensioen?

Je bent werknemer en kunt via jouw werkgever deelnemen aan een pensioenregeling. Maar eigenlijk wil je liever niet meedoen, oftewel je wilt afstand doen van pensioen. Bijvoorbeeld omdat je van mening bent dat je voldoende andere financiële middelen hebt om op jouw oude dag te kunnen stoppen met werken. Of omdat je liever nu meer inkomen geniet. Het scheelt in ieder geval de eigen bijdrage in het pensioen waardoor je netto meer overhoudt. En misschien is de werkgever wel bereid de werkgeverspremie om te zetten in brutoloon. Maar het kan ook zijn dat je alleenstaand bent en geen nabestaanden hebt en daarom niet wil deelnemen.

Wat is toegestaan? En hoe moet je als werkgever omgaan met een dergelijk verzoek?

Werknemer die niet mee wil doen aan de pensioenregeling

Als je bij een werkgever werkt waar een pensioenregeling geldt, dan neem je als werknemer in principe altijd deel aan de regeling. In veel regelingen is namelijk bepaald dat alle werknemers (verplicht) moeten worden aangemeld. Dat is bij een verplicht gesteld bedrijfstakpensioenfonds altijd zo. Maar ook bij regelingen die bij een verzekeringsmaatschappij zijn afgesloten, is meestal in de uitvoeringsovereenkomst opgenomen dat alle werknemers moeten worden aangemeld.

Wil je als werknemer niet mee doen? Dan zul je met je werkgever dus een overeenkomst moeten sluiten waarin je expliciet akkoord gaat met “niet deelnemen”. Heb je een partner? Dan moet ook jouw partner daarmee instemmen. Een overeenkomst waarin je met jouw werkgever overeenkomt dat je niet deelneemt aan de pensioenregeling, wordt een “afstandsverklaring” genoemd.

Pensioen via verplicht gesteld bedrijfstakpensioenfonds

Voor deze pensioenregeling geldt dat je geen afstand kunt doen van jouw rechten op pensioen. Er geldt slechts één bijzondere regeling. Deze geldt alleen voor gemoedsbezwaarden. Je bent een zogenaamde ‘gemoedsbezwaarde’ als je tegen iedere vorm van verzekeren bent en dus ook geen andere verzekeringen hebt gesloten. Via de SVB kun je erkend worden als gemoedsbezwaarde. Je ontvangt dan ook geen uitkeringen vanuit de volks- of werknemersverzekeringen.

Een gemoedsbezwaarde is overigens niet helemaal vrij van deelname. Er is sprake van een bijzondere constructie. Voor de gemoedsbezwaarde moet namelijk wel een bedrag gelijk aan de verschuldigde premie als spaarbedrag naar het pensioenfonds worden overgemaakt. Het fonds zet het spaarsaldo voor de werknemer apart en boekt er jaarlijks een rente bij. Als de werknemer vervolgens de pensioendatum bereikt, wordt het spaarsaldo gebruikt voor een jaarlijkse uitkering, die gedurende een aantal jaar uitkeert. Als het geld op is, stopt de uitkering. Als de werknemer overlijdt, keert het fonds het restant spaarsaldo uit in de vorm van een periodieke uitkering aan de partner of kinderen. Bij afwezigheid van partner en/of kinderen keert het fonds het spaarsaldo uit aan de erfgenamen.

Pensioen via verzekeringsmaatschappij of pensioenfonds

Ook hier geldt dezelfde regeling voor gemoedsbezwaarden.

Maar als je geen gemoedsbezwaarde bent en toch niet mee wilt doen aan de pensioenregeling, dan sluit je een afstandsverklaring. Jouw werkgever informeert jou over de financiële gevolgen van het afstand doen van pensioen. Wat had jij gekregen als je wel meedoet aan de pensioenregeling? En wat krijgen jouw nabestaanden als jij er niet meer bent? De ervaring is dat een werknemer of diens partner die deze financiële informatie onder ogen krijgt, zich veelal bedenkt en dan geen afstand meer wil doen.

Terugkomen op jouw beslissing?

Heb jij in het verleden afstand gedaan van pensioen en wil je terugkomen op deze beslissing? Wees je er dan bewust van dat een verzekeringsmaatschappij of pensioenfonds jou medisch mag en gaat keuren. Normaal geldt er voor alle werknemers in een pensioenregeling een medisch keuringsverbod. Een uitzondering op dit verbod is van toepassing voor de directeur-grootaandeelhouder én voor werknemers die terugkomen op hun eerdere beslissing niet mee te doen aan (een onderdeel van) de pensioenregeling.

En ben je op dat moment ziek of heb je een (ernstige) aandoening, dan kan een verzekeringsmaatschappij of pensioenfonds ervoor kiezen jou niet te accepteren of een verhoogde premie in rekening te brengen.

Rol werkgever

Als werkgever heb je een uitvoeringsovereenkomst gesloten met een pensioenfonds of verzekeraar. Daarin heb je afgesproken om alle werknemers aan te melden. Als je dat niet doet, voldoe je niet aan die overeenkomst. Maar dat is misschien wel het minst grote bezwaar aan een afstandsverklaring van een van jouw werknemers.

Op basis van jurisprudentie kan de conclusie worden getrokken dat de afstandsverklaring niet geldig of niet van toepassing is:

  • als de werknemer onvoldoende is geïnformeerd over de financiële gevolgen van het afstand doen van pensioen. De afstandsverklaring is in een dergelijk situatie niet geldig en de werknemer kan toch aanspraak maken op de pensioenaanspraken uit de pensioenregeling. Echter, dit pensioen is niet verzekerd en de werkgever zal dus de kosten voor dit pensioen alsnog volledig zelf moeten betalen.
  • als de partner niet heeft meegetekend. Als de werknemer overlijdt, kan de partner mogelijk alsnog aanspraak maken op het partnerpensioen. Ook hiervoor geldt dat het pensioen niet is verzekerd en de werkgever de kosten voor de pensioenuitkering zelf zal moeten betalen. Bij een werknemer die op heel jonge leeftijd overlijdt of een werknemer die een veel jongere partner heeft, kan het om erg hoge koopsommen gaan.

Wij adviseren werkgevers bijzonder terughoudend te zijn met een afstandsverklaring aan te gaan met werknemers, vanwege de genoemde risico’s.

Als je dit toch wilt, zorg er dan voor dat:

  1. je de afstandsverklaring samen met een pensioenadviseur en/of jurist opstelt;
  2. je de werknemer en partner juist en volledig informeert over waar zij precies van afzien en aangeeft wat de consequenties zijn van het terugkomen op zijn beslissing;
  3. je bij elke wijziging in de persoonlijke situatie of wijziging van de pensioenregeling de werknemer opnieuw informeert en de afstandsverklaring actualiseert.

Het is raadzaam om minimaal één keer per jaar de verklaring te bespreken en opnieuw vast te stellen c.q. te actualiseren.

En als een werknemer terug wil komen op zijn beslissing, bevestig dat niet onmiddellijk. Wacht eerst wat de uitkomst is van de keuring door de verzekeringsmaatschappij of pensioenfonds. Heb je de medewerker namelijk toegezegd dat hij weer aan de pensioenregeling kan meedoen en krijg je deze medewerker niet verzekerd (vanwege gezondheid), dan draai je als werkgever zelf op voor de eventuele risico’s.

Dit artikel is tot stand gekomen in samenwerking met Pensioen op Orde.